Inhoud

In dit opleidingsonderdeel wordt ingezoomd op het rekuteringsproces binnen organisaties. Tijdens de contacturen is er enerzijds aandacht voor het verwerven van basiskennis over processen en concepten. Anderzijds ontwikkelt de student aan de hand van concrete opdrachten, rollenspelen, (fictieve) cases of praktijkvoorbeelden,… de concrete vaardigheden om alle stappen binnen het rekruteringsproces te kunnen doorlopen, uitwerken en uitvoeren. De student neemt in dit OPO de rol van HR-consulent aan. Het rekruteringsproces dat uitgewerkt en uitgevoerd wordt, kan zowel in opdracht van de eigen werkgever (interne organisatie) zijn, dan wel in opdracht van een externe klant. De volgende aspecten van instroom komen aan bod:

Het ontstaan van een vacature en het voorbereiden van en uitvoeren van een intakegesprek met een opdrachtgever (bv. hiring manager)

Functieanalyse: het proces wordt uitgelegd en het belang van een goede functieanalyse voor de HRM-praktijk wordt benadrukt. De student leert zelf een functie-analyse uit te voeren & een functiebeschrijving op te maken op basis van de (zelf verzamelde/via een casus aangereikte) informatie, conform de aangeleerde methode. De student kan de gekozen oplossing beargumenteren..

Competenties en competentieprofielen: de student verwerft de kennis over competenties en verwante begrippen. De student leert een competentieprofiel opstellen en doet dit ook vanuit de casus waarmee gewerkt wordt.

Criteriumtabel: de student leert vanuit een gedegen functie-analyse onderbouwde keuzes te maken die leiden tot een criteriumtabel die gebruikt wordt binnen het selectieproces.

Rekrutering: het belang van goed en aan de doelgroep aangepast rekruteren in de hedendaagse krappe arbeidsmarkt wordt uitvoerig aangetoond. De essentiële theorieën, allerhande rekruteringsmethodes en -kanalen en best practices komen aan bod. Van daaruit wordt de brug gemaakt naar het (leren) uitwerken van een geschikte rekruteringsstrategie, met specifiek aandacht voor digitaal en actief rekruteren (bv. via LinkedIn) en het maken van correcte vacatureteksten.

Employer branding: het concept employer branding en het belang ervan voor de hedendaagse HRM-praktijk (o.a. voor succesvolle rekrutering) komen aan bod, aangevuld met praktische manieren om organisaties te helpen een employer brand te ontwikkelen of in kaart te brengen.

Studiemateriaal

Verplicht studiemateriaal

Verschillende materialen (powerpoint, teksten), tools en ondersteunende informatie worden aangeboden op de digitale leeromgeving (Canvas) van dit opleidingsonderdeel. In de leeromgeving wordt duidelijk aangegeven welke materialen, informatie,… tot het verplichte studiemateriaal behoren.

Aanbevolen studiemateriaal

Een aantal materialen aangeboden op de digitale leeromgeving (Canvas) van dit opleidingsonderdeel is aanbevolen of ondersteunend studiemateriaal. In de digitale leeromgeving wordt duidelijk aangeven om welke materialen het gaat en op welke manier de studenten deze kunnen gebruiken.

Daarnaast zijn volgende boeken aanbevolen:

• Schollaert, E., Van Hoye, G., Van Theemsche, B., & Jacobs, G. (2021, 2de ed.). De strijd om talent: employer branding in theorie en praktijk. Academia Press.
• Valkenburg J. (2023). Recruitment 4.0: Strategisch recruitment en employer branding met inzet van sociale netwerken en AI. Vakmedianet (VMN).

Toelichting werkvorm

Gastcollege - Groepswerk - Oefeningen/opdrachten - Oefensessie - Simulatie

De belangrijkste werkvorm voor dit opleidingsonderdeel is het interactieve hoorcollege, hetzij in relatief korte hoeveelheden, afgewisseld met concrete oefeningen/opdrachten/simulaties/... om de leerstof te verwerken of toe te passen.

Gezien het OPO zowel kennis/inzicht als vaardigheden als doelstellingen heeft, vormt een soort hoorcollege in de vorm van afgebakende hoeveelheden leerstof vaak de basis om verder in de les mee aan de slag te gaan.

Deze leerstof is doorgaans een uiteenzetting waarin toegelicht wordt wat een specifiek HR-proces juist inhoudt, waarom het belangrijk is, op welke manier het in de praktijk wordt uitgevoerd, wat de verhouding tot de rest van de leerstof of de organisatiepraktijk is, etc. Regelmatig wordt de leerstof ingeleid via enkele vragen over de kennis van de studenten of een korte groepsdiscussie over een specifieke casus, om betrokkenheid te bekomen. Studenten nemen notities, dit kan bv. via de powerpoint die ter ondersteuning wordt gebruikt. Bij het overbrengen van de leerstof maken de docenten gebruik van voorbeelden opdat de theorie concreet en begrijpbaar wordt.

In functie van de specifieke leerinhouden kan nadien voor meerdere werkvormen gekozen worden, maar het concretiseren en in de mate van het mogelijke zelfstandig uitvoeren van deelprocessen van een instroomtraject, staan centraal. Het kan bijvoorbeeld gaan om:

• De studenten lossen oefeningen op, in duo of kleine groepen, om de leerstof toe te passen in een concrete context
• De studenten analyseren op welke manier de leerstof kan gebruikt worden om een bepaalde case te verklaren of op welke manier de leerstof in de case aanwezig is. Ze lichten dit mondeling toe.
• Studenten oefenen in meerdere rondes een gespreksvaardigheid in, bijvoorbeeld het voeren van een intakegesprek.
• Studenten werken iets uit, ze bedenken bv. een rekruteringscampagne met argumentatie voor het beoogde succes (= kunnen overtuigen van kandidaten uit de relevante doelgroep)
• Studenten analyseren informatie aangereikt door de docent om een specifiek proces te kunnen uitwerken (bv. ze maken een functiebeschrijving of een competentieprofiel gebaseerd op info die ze krijgen).
• …

Bij elk van deze praktijkopdrachten is er steeds ruimte voor peer-feedback, de docenten ondersteunen indien nodig al terwijl de studenten aan de opdracht werken, en er wordt ook zoveel mogelijk collectief besproken wat de belangrijkste leerpunten en conclusies zijn die uit de opdracht voortvloeien.

Van de studenten wordt een actieve, betrokken leerhouding verwacht tijdens de contactmomenten. Die houding helpt hen de leerstof meteen op een diep niveau te verwerken en praktische vaardigheden aan te leren. Om die reden worden de lessen niet opgenomen: betrokken actieve aanwezigheid van studenten is vereist om de doelstellingen te kunnen realiseren. Het bekijken van opnames is onvoldoende om de doelstellingen te kunnen realiseren..

De inhouden van dit OPO worden in hoog tempo aangebracht (drie à vier contactmomenten van twee uur per week) en dat gedurende maximaal 4 weken. Deze aanpak faciliteert het leerproces waarbij zowel theoretische kaders als de concrete praktische uitvoering/toepassing hiervan verworven moeten worden. Theorie en (praktijk)oefeningen/opdrachten worden zoveel mogelijk geïntegreerd aangebracht om diepe verwerking te stimuleren.

De studenten gebruiken de input, kennis en vaardigheden die ze tijdens de lessen hebben verworven om buiten de contactmomenten individueel een rekruteringsproces met alle deelaspecten in een reële praktijkcontext (bedrijf) uit te werken van A tot Z. De studenten lichten hun werk/oplossing toe in een individueel ingepland moment in aanwezigheid van de docenten. Dit vindt plaats na de paasvakantie, maar nog tijdens de officiële lesweken van het tweede semester.   

Alle actuele communicatie (deadlines, werkvormen, examen, aantal lesuren, inroostering,…) verloopt via de Canvasruimte van dit opleidingsonderdeel, via het studentenportaal, via rooster.thomasmore.be en via examen.thomasmore.be. Aanpassingen omwille van eventuele overmacht vinden studenten via bovengenoemde kanalen.